-
Verstandelijke beperking, palliatieve zorg voor mensen
-
Inleiding
-
Markering
-
Kenmerken van palliatieve zorg bij mensen met een verstandelijke beperking
-
Syndroomspecifieke kenmerken
-
22q11.2 deletiesyndroom
-
CHARGE-syndroom
-
Cornelia de Lange syndroom
-
Downsyndroom
-
Foetaal alcoholsyndroom
-
Fragiele X syndroom
-
Neurofibromatose 1
-
Noonan syndroom
-
Prader-Willi syndroom
-
Rett syndroom en andere MECP2- gerelateerde stoornissen
-
Tubereuze sclerose complex
-
Williams-Beuren syndroom
-
Angelman syndroom
-
22q11.2 deletiesyndroom
-
Syndroomspecifieke kenmerken
-
Communicatie tijdens de palliatieve fase
- Juridisch kader
-
Besluitvorming rondom diagnostiek en behandeling
- Structuur en proces
-
Meetinstrumenten
- Diagnostiek en behandeling van symptomen
- Rondom levenseinde
- Afscheid nemen, nazorg en rouw
-
Bijlagen
Noonan syndroom
Uitgangsvraag
Wat is de leeftijd en oorzaak van overlijden bij Noonan syndroom (NS)?
Methode: evidence-based
Aanbeveling
- Houd rekening met doodsoorzaken, die primair of secundair gerelateerd zijn aan hartaandoeningen (aritmieën, hartfalen, (post)operatieve complicaties) en leukemie.
Algemene beschrijving van de literatuur
Bijdragend aan inzichten uit basisliteratuur, identificeerde de literatuurzoektocht één relevante studie:
- Calcagni et al. includeerden 371 cliënten met een RASopathie, waarvan 297 met het Noonan-syndroom [Calcagni 2017].
Kwaliteit van het bewijs
De studie van Calcagni et al. is retrospectief [Calcagni 2017]. Het is onduidelijk of alle cliënten in de analyse werden opgenomen. Een multivariate analyse werd niet uitgevoerd. De duur van follow-up was onduidelijk.
Leeftijd bij overlijden
Er is weinig bekend over de levensverwachting bij mensen met NS [Carey 2021]. Mortaliteit wordt daarbij voornamelijk beschreven op kinderleeftijd.
Calcagni et al. rapporteerden een leeftijd bij overlijden tussen 11 dagen en 28,6 jaar (mediaan 1 jaar en 9 maanden) [Calcagni 2017].
Mortaliteit
Voorspellende factoren voor mortaliteit werden niet bestudeerd.
Doodsoorzaken
Noonan heeft in een persoonlijke communicatie gesteld dat bij oudere personen met NS aritmieën en hartfalen vaker voorkomen als doodsoorzaak dan eerder werd vermoed [Carey 2021]. Sterfte secundair aan hartaandoeningen lijkt verband te houden met chirurgische ingrepen, circulatoire collaps of aritmie [Carey 2021]. In een studie onder mensen met NS tussen de vijf en 27 jaar was de sterfte voor 18% veroorzaakt door hartaandoeningen [Carey 2021].
Zeven cliënten (2%) met het Noonan syndroom stierven in de studie van Calcagni et al. met de leeftijd tussen de 11 dagen en 28 jaar [Calcagni 2017]. De doodsoorzaken waren lage postoperatieve cardiale output (43%), leukemie (29%), plotse dood (14%) en donorhartrejectie (14%).
EBRO Niveau 3 |
Het beschikbare bewijs laat geen duidelijke conclusie toe over de leeftijd bij overlijden van cliënten met het Noonan syndroom. C [Calcagni 2017, Carey 2021] |
EBRO Niveau 3 |
Er zijn aanwijzingen dat hartaandoeningen en leukemie belangrijke doodsoorzaken van cliënten met het Noonan syndroom zijn. C [Calcagni 201; Carey 2021] |