Voorlichting
Uitgangsvraag
Hoe dient voorlichting te worden vormgegeven bij patiënten in de palliatieve fase met overmatig zweten?
Methode: consensus-based
Aanbevelingen
Bij patiënten in de palliatieve fase met overmatig zweten:
- Besteed aandacht, toon begrip en erken de ervaren last van overmatig zweten; schenk daarbij ook aandacht aan intimiteit en seksualiteit.
- Geef voorlichting over:
- het symptoom zweten en de mogelijke gevolgen en complicaties ervan;
- de mogelijke oorzaak/oorzaken en beïnvloedende factoren (zie 'Inleiding') en wat de patiënt zelf kan doen om het optreden van de overmatig zweten te voorkomen of beperken;
- voldoende inname van vocht;
- goede huidverzorging (zie module 'Niet-medicamenteuze symptomatische behandeling');
- wat de patiënt zelf kan doen tegen het overmatig zweten en de gevolgen ervan (ventilatie van leef- en slaapruimtes, keuze van kleding en beddengoedmaterialen; zie module 'Niet-medicamenteuze symptomatische behandeling');
- de informatie van Overpalliatievezorg.nl (overpalliatievezorg.nl/lichamelijke-en-psychische-klachten/zweten-transpireren);
- de informatie van Thuisarts.nl (www.thuisarts.nl/zweten-overmatig/ik-zweet-veel)
De centrale zorgverlener en de regiebehandelaar zijn ervoor verantwoordelijk dat voorlichting wordt gegeven.
- Maak bij algemene voorlichting over palliatieve zorg aan mensen met een migratieachtergrond gebruik van de folder 'Lessen uit gesprekken over leven en dood' van Pharos.
Voor deze uitgangsvraag is geen systematisch literatuuronderzoek verricht.
Er is geen literatuur gevonden over voorlichting bij patiënten in de palliatieve fase met overmatig zweten.
De werkgroep is van mening dat patiënten in de palliatieve fase met overmatig zweten voorlichting moeten krijgen over:
- wat zweten is;
- de mogelijke gevolgen en complicaties ervan; daarbij wordt ook aandacht gegeven aan intimiteit en seksualiteit;
- de mogelijke oorzaak/oorzaken en beïnvloedende factoren (zie 'Inleiding') en wat de patiënt kan doen om het optreden van het overmatig zweten te beperken;
- voldoende inname van vocht;
- goede huidverzorging, inclusief gebruik van huidproducten om overmatig zweten en geurvorming tegen te gaan (zie module 'Niet-medicamenteuze symptomatische behandeling');
- wat de patiënt zelf kan doen om (de gevolgen van) het overmatig zweten te verminderen en hoe de patiënt die interventies moet toepassen. Daarbij kan gedacht worden aan adviezen over ventilatie van leef- en slaapruimtes, en keuze van kleding en beddengoedmaterialen (zie module 'Niet-medicamenteuze symptomatische behandeling').
Verder kan de patiënt verwezen worden naar de informatie over overmatig zweten van Overpalliatievezorg.nl (overpalliatievezorg.nl/lichamelijke-en-psychische-klachten/zweten-transpireren) of Thuisarts.nl (www.thuisarts.nl/zweten-overmatig/ik-zweet-veel).
De centrale zorgverlener (zie Kwaliteitskader palliatieve zorg Nederland [IKNL/Palliactief 2017]) en de regiebehandelaar (voorheen hoofdbehandelaar, zie uitspraak Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg) zijn verantwoordelijk dat er voorlichting gegeven wordt. De voorlichting kan worden gegeven door een verpleegkundige of arts.
Voor algemene voorlichting over palliatieve zorg aan mensen met een migratieachtergrond kan gebruikgemaakt worden van de folder 'Lessen uit gesprekken over leven en dood' van Pharos [Pharos 2017].